Robinson Crusoe, de zeeman die 28 jaar lang op een onbewoond eiland aan de kust van Amerika woonde, bij de mond van de grote rivier Orinoco, waar hij aan land was gekomen door een schipbreuk waarbij alle opvarenden verdronken behalve hijzelf. Met het verhaal hoe hij tenslotte op vreemde wijze door zeerovers werd bevrijd. Daniel Defoe was bijna 60 jaar toen hij in 1719 in drie weken Robinson Crusoe schreef. Hij leidde een bestaan dat zich niet laat verzinnen: hij was koopman, fabrikant, speculant, pamflettist, journalist, uitgever, raadsheer, diplomaat, spion en agitator. In Robinson Crusoe komen ervaringen uit al die levens bij elkaar. Door de levendige stijl, het enorme inlevingsvermogen van de schrijver en de benijdenswaardige inventiviteit waarmee de eilandbewoner weet te overleven, staat Robinson Crusoe vandaag de dag nog even hoog op de literaire hitlijsten als in het jaar van verschijnen, toen het een onmiddellijk succes was. Deze nieuwe vertaling doet in toegankelijk modern Nederlands volledig recht aan de elegante stijl van het oorspronkelijk Engels. Robinson Crusoe is een boek voor lezers van jong tot oud die in de avonturen van de eilandbewoner veel zullen herkennen van wat hen elke dag bezighoudt.